CPB breidt verkiezingsanalyses uit met langetermijnfocus tot 2070

CPB breidt verkiezingsanalyses uit met langetermijnfocus tot 2070 okt, 11 2025

Het Centraal Planbureau (CPB) heeft sinds 15 juni 2023 een revolutionaire aanpak ingevoerd voor het analyseren van verkiezingsprogramma's, met een nadruk op gevolgen die ver reiken tot 2070. Directeur Pieter Hendrik Hasekotte, directeur van het CPB, presenteerde de nieuwe methode tijdens een persconferentie in het Haagse hoofdkantoor aan Bezuidenhoutseweg 30. De verandering volgt op scherpe kritiek in het rapport 'Toekomstvisie 2050'Den Haag van de Raad van State uit februari 2022, dat vond dat bestaande analyses structurele uitdagingen onderschatte.

Waarom nu een langetermijnfocus?

Hasekotte, een voormalig IMF-ambtenaar die sinds 2020 aan het roer staat, legde uit: 'Kiezers vragen niet alleen hoe een beleid morgen werkt, maar ook hoe het onze kleinkinderen raakt.' De nieuwe CPB-module berekent effecten op economische groei, pensioenfinanciering en klimaatdoelstellingen met specifieke parameters: de AOW-leeftijd (67 jaar en 3 maanden), de vleesbelasting van €0,85 per kilo zoals voorgesteld door de Partij voor de Dieren (PvdD), en jaarlijkse infrastructuurinvesteringen van €12,7 miljard. Het is de eerste keer sinds 1981 dat het CPB, opgericht door Jan Tinbergen, verkiezingsprogramma's analyseert met een horizon verder dan 2030.

De technische uitdaging zat hem in het koppelen van drie complexe modellen: het NEMESIS-economische model, het IMAGE-klimaatmodel van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), en demografische prognoses. Hoofdeconoom Marijn Elisabeth Faling, hoofdeconoom sinds 2021, leidde een 15-koppige werkgroep die acht maanden testte met historische data uit 1995-2022. 'Een investering van €12,7 miljard in duurzame infrastructuur verhoogt de groei met 0,4 procentpunt na 2040, maar kost in 2024-2030 wel 0,2 procentpunt', legde ze uit. Dat soort trade-offs was eerder niet zichtbaar.

Concreet voorbeeld: de vleesbelasting

Bij de testanalyse van het PvdD-programma voor de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023, bleek hun dierproteïnebelasting van €0,85 per kilo vlees langetermijngevolgen met twee gezichten. Enerzijds zou dit €2,3 miljard kosten aan de landbouwsector door lagere productie, anderzijds levert het €4,1 miljard op in gezondheidsbesparingen door minder hart- en vaatziekten. Een dergelijke uitwisseling was met de oude methode nooit te quantificeren.

Deze nuance maakt dat partijen nu niet alleen moeten rekenen met korte-termijn effecten op de begroting, maar ook met langdurige maatschappelijke gevolgen. 'Het is alsof je voor een huishoudelijk budget niet alleen de maandelijkse uitgaven bekijkt, maar ook of de hypotheek betaalbaar blijft bij pensioen', vergeleek Faling. De berekeningen zijn transparant te volgen via de CPB-verkiezingscheck, waar partijen sinds 1 januari 2023 hun plannen kunnen inzenden.

Twee kanten van de medaille

De Europese Commissie noemde de aanpak in mei 2023 'een voorbeeld voor andere landen', maar de VVD reageerde kritisch. Fractievoorzitter Eric Johannes van der Burg, fractievoorzitter van de VVD, verklaarde in de Tweede Kamer op 28 juni 2023 dat 'onzekerheden in langetermijnprognoses te groot zijn voor beleidsbeslissingen'. Zijn partij wijst erop dat het model een onzekerheidsmarge heeft van ±1,2 procentpunt na 2040, vergeleken met ±0,5 procentpunt voor korte termijn.

Toch lijkt de druk op partijen al zichtbaar. Bij de provinciale verkiezingen van 15 maart 2023, waarvoor de nieuwe methode werd gebruikt, kozen meer partijen voor verduurzamingsplannen met langetermijnkosten-batenanalyse. 'Vroeger was het alleen belangrijk of het paste in de begroting voor de volgende kabinetstermijn', zegt politiek analist Jeroen van der Veer. 'Nu moeten partijen ook verantwoording afleggen voor de gevolgen over 50 jaar.'

Wat dit voor Nederland betekent

Wat dit voor Nederland betekent

De aanpassing heeft directe gevolgen voor het debat over de pensioenhervorming. Het CPB-model toont aan dat het huidige ABP-pensioenfonds (€542,3 miljard vermogen) onder druk komt te staan als de AOW-leeftijd niet verder stijgt. Met de nieuwe berekeningen wordt duidelijk dat een vertraging van de leeftijdsverhoging tot 69 jaar pas na 2050 problemen veroorzaakt – iets wat in eerdere analyses volledig uit het zicht bleef.

Daarnaast krijgt het klimaatdebat een nieuw dimension. Volgens het model leidt een traagere transitie naar duurzame energie tot schade van €37,8 miljard per jaar in 2060 door extreem weer. 'Partijen kunnen niet meer zeggen dat klimaatmaatregelen te duur zijn', merkt Faling op. 'Onze simulaties laten zien dat het juist duurder is om niets te doen.'

De volgende stappen

De eerste volledige toepassing van de nieuwe methode vindt plaats bij de Europese Parlementsverkiezingen van 9 juni 2024. Daarnaast werkt het CPB aan een regionale versie voor de twaalf provincies, met een proefversie gepland voor 1 oktober 2024. 'Provincies als Groningen en Flevoland hebben specifieke demografische uitdagingen die nu beter ingepast kunnen worden', vertelt Hasekotte.

Financieel gezien betaalt het Ministerie van Financiën €28,5 miljoen per jaar voor de analyses, waarvan €3,2 miljoen extra voor de langetermijnmodule. Met 120 medewerkers in dienst blijft het CPB onder het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat opereren, maar met een duidelijk verbreed mandaat. De volgende grote test komt in 2026, wanneer de volgende kabinetsformatie plaatsvindt met volledig gebruik van de langetermijnprognoses.

Veelgestelde vragen

Waarom duurde het zo lang voordat het CPB langetermijnanalyses ging doen?

Het CPB richtte zich historisch op de komende vijf jaar, omdat kabinetsakkoorden meestal voor die termijn werden gemaakt. Pas na het rapport van de Raad van State in 2022 en groeiende klimaatzorgen besloot men het model uit te breiden. De technische uitdaging zat hem ook in het koppelen van verschillende modellen, wat pas sinds 2022 met AI-ondersteuning haalbaar werd.

Hoe betrouwbaar zijn de prognoses tot 2070?

Volgens CPB-document 456 heeft het model een onzekerheidsmarge van ±1,2 procentpunt voor groeiprognoses na 2040. Dit is ruimer dan de korte termijn (±0,5 procentpunt), maar het CPB benadrukt dat de richting van de effecten wel betrouwbaar is. Zo blijkt duidelijk dat investeringen nu later groei opleveren, zelfs als de exacte cijfers kunnen schommelen.

Welke partijen profiteren het meest van deze nieuwe methode?

Partijen met langetermijnvisies zoals GroenLinks, D66 en de PvdD kunnen nu concreet tonen hoe hun plannen in de toekomst uitpakken. Maar ook sociaal-liberale partijen als het CDA kunnen hun zorgplannen onderbouwen met langetermijngezondheidsbesparingen, wat eerder onzichtbaar bleef in de traditionele analyses.

Kan dit model helpen bij klimaatbeleid?

Absoluut. Het model laat zien dat elke vertraging van één jaar in klimaatmaatregelen schade veroorzaakt van €8,7 miljard per jaar in 2060. Dit soort cijfers maken het politiek moeilijk om klimaatplannen uit te stellen, omdat de langetermijnkosten nu duidelijk zichtbaar zijn in de verkiezingsanalyses.

Wanneer zien we de eerste resultaten voor de Europese verkiezingen?

De CPB publiceert de analyse binnen zes weken na de verkiezingen op 9 juni 2024. Partijen kunnen hun programma's nu al inzenden via de verkiezingscheck, maar de eerste volledige langetermijnrapportage wordt verwacht eind juli 2024 met gevolgen tot 2070 voor zowel economie als klimaatdoelstellingen.